En natuurlijk: de bom van Tolenaar
Lang hebben we erop moeten wachten bij HCAW3, lang duurde het en lang keken we er naar uit (in ieder geval ondergetekende). Natuurlijk zijn we pacifisten en natuurlijk komen we om te honkballen en niets anders, maar toch… ja toch, een beetje fijn was het wel, die bench clearing brawl.
Olympia Haarlem – HCAW3, poging twee. Nadat de eerste exercitie met de bollen van Papi strandde in de kantine van de-club-die-vroeger-gewoon-Tybb-heette, kon HCAW zich op deze zonnige zaterdag opmaken voor de tweede helft van een ouderwetse double header. Na een routinematige overwinning op vrijdagavond, togen de Bussumers op 20 september naar Haarlem voor een slopende pot op een uitgestrekte grasmat.
Papi Bronner begon op de heuvel en gooide niet onverdienstelijk. In vijf innings kon de geboren Gooiboy echter niet verhinderen dat de Kennemers vijf man (onverdiend) over de thuisplaat brachten. Bouwman dook dat het een lieve deugd was (een kleine sneak preview van wat een week later volgen zou), Milan de kekke Kroaat verwerkte grondbal na grondbal, maar desalniettemin moesten de bezoekers aan de slag met een inhaalslag.
Het startsein voor de comeback werd enigszins verrassend gegeven door Remco Tolenaar. Niet zozeer verrassend door de hoofdrolspeler, als wel door de wijze waarop. Met een gratie zelden vertoond op het honkbalveld, joeg de man uit de Meent de bal over de hekken in het linksveld. Een dajakker van de opperste orde dus, waar zelfs gastspeler Salinero, a.k.a. Fons, a.k.a. Seb de midvelder, niet aan kon tippen.
HCAW kwam terug, de score liep op en hetzelfde gold voor de gemoederen. De zon bleef branden en de sfeer werd grimmig. De zoveelste honkslag voor eerdergenoemde Kroaat, gevolgd door een gezonde portie RBI’s, betekende de doodsteek voor de verhitte werper van de thuisploeg. De onsportieve pitcher, die opvallende gelijkenissen vertoonde met een doorsnee kroegkamper, ging Milan in een moment van verstandsverbijstering bij de thuisplaat te lijf, hetgeen ontaardde in een ware knokpartij. Geslagen werd er nauwelijks, maar in omvang was het schouwspel zonder meer de moeite waard. Op punten gewonnen door HCAW werd de brawl uiteindelijk gesust door het arbitrale duo en kon de wedstrijd bij een ongewijzigde (inmiddels) voorsprong voor de Bussumers worden voortgezet.
Bedaard en kalm, met wat pap in de benen en een latent hoge testosteronspiegel, stond de inning op het punt te worden afgerond, toen een kleine oproer-oprisping aan Haarlemse zijde nog roet in het eten leek te gooien… de misplaatst arrogante tribuneklant annex teammanager, getooid in een opvallend roze polo, werd echter duidelijk terechtgewezen door een niet nader te onthullen – vocaal krachtige – voorbijganger.
Uiteindelijk leverde het vooral fysiek slopende weekend twee winstpartijen, een geslaagde knokpartij en een licht gebronsde huid op. Niet slecht dus, voor een stel reserve reserves. Olympia Haarlem – HCAW3: 6-9.
Peter Paul