Jariño: “Die Peter Paul gooit een harde bal…”

Gezapig, gezellig en gewonnen

 

Was het weer vorige week al goed en wezen voortekenen op de intrede van de lente, op 2 mei 2008 was het ronduit zonnig en de stemming was dan ook van kiet af aan zomers. Tomba werkte een overtuigende batting practice af, de Venezolaanse Spanjool en Amerikaanse Amerikaan van HCAW’s vlaggenschip demonstreerden een imposante sessie long toss en de Peanut vertelde licht ongeloofwaardige verhalen over een sterk staaltje welbespraakte, orale (zelf)bevrediging. Toen vervolgens ook nog bleek dat Milan zijn combat shorts had aangetrokken, was het vonnis over Almere ’90 voltrokken: we hadden eigenlijk al gewonnen.

De onafwendbaarheid van de Almeerse lotsbestemming kreeg al vroeg in de wedstrijd gestalte. Papi Bronner hield de vijandelijke slagploeg gemakkelijk in toom (getuige de duidelijke cijfers 4-1-4-1 na 5 innings), waarbij van zijn evenknie aan polderzijde nauwelijks hetzelfde viel te zeggen. Hangende change-ups, bedroevende wijdballen en nog schrijnender fastballs maakten dat de arme jongen een tergend langzame dood stierf op de nog zo mooi gerenoveerde Bussumse werpheuvel. Hoewel Almere met een afvaardiging van 17 man (!) naar Bussum was getogen, duurde het tot in de vierde inning alvorens zijn harde leerschool werd beëindigd. Een riante voorsprong voor de Bussumers was het onvermijdelijke gevolg.Omdat notoire slagkanonnen als Milan Andrlik (3 uit 4), Frankie Koene (1 uit 2), Robbert Keetelaar (1 uit 2) en Sander ‘look like me’ Fokker (2 uit 4) welhaast het optimale rendement haalde uit het falen van de ene na de andere linkshandige werper-wannabe, leek de mercy rule onafwendbaar. Met een stand van 6-0 op het scorebord greep de altijd onverbiddelijke Grote Kale Leider steenhard in en gunde ook zijn bankzittende kroonjuwelen speeltijd. De zichtbaar stralende, maar dodelijk vermoeide Yuri Paparin kwam in het veld als outfielder, Hubie betrad het slagperk als Designated Hubert en Ivo mocht ook weer eens een heuvel voelen zónder de alcoholliters uit het Dordse.

De wissels hadden zoals verwacht nauwelijks een vertragende werking op het vlotlopende aanvalsspel en al gauw werd uitgelopen naar een voorsprong van 9-0. Het is dat Ivo nog even moest wennen aan zijn defensieve rol, waardoor een lelijke tegenrun het scorebord kon ontsieren. De Brabo herpakte zich echter met stijl en rondde zijn vier innings af (8-0-2-2) met de complimenten van de Braziliaanse tuinvirtuoos en een dubieuze aanbieding uit Hoofddorp…

Al met al was het een gezellige avond, waarbij de verwondering overheerste over het gezapige en onmachtige optreden van de Flevolanders. Ondanks de vier strike-outs van de verder uitmuntend spelende Ed de Kroket, werd het nooit een echte wedstrijd en de eindstand bedroeg dan ook terecht 9-1 voor de thuisploeg. En de beer? Die was voor de tweede maal op rij voor pastameester Sander Fokker.
 

Peter Paul

 

Een prachtige dochter uit Huizen

Het was een mooie zonnige lenteavond in Heemstede. Een beetje zwoelig zelfs, en het was dan ook voor het eerst sinds maanden dat de heren huiswaarts keerden met zowel een overwinning als een fijne dosis muggenbeten.

Zwanger van spanning werd de wedstrijd ingeluid. Zelfs de werper van RCH leek nerveus over de naderende pufexpeditie in Huize De Smet-Birnie, waardoor Allen Weerbaar al na de eerste inning leidde met een kleine doch gezonde voorsprong. Zijn gebrekkige controle, vergezeld door inmiddels vertrouwde honkslagen van ‘father-to-become’ Gagarin en zongebronsde Milan, werden vergezeld door de routine en klasse van een zekere Sander Fokker. Deze nieuwe ster aan het firmament deed in niets denken aan het echec bij de gelijknamige vliegtuigbouwer, en verdiende met twee soevereine honkslagen, een rbi-walk en een lastige vangbal, terecht de beer en stelde mede de overwinning veilig.

Een overwinning die tegen de sterke slagploeg niet mogelijk was geweest zonder het uitmuntende optreden van Jeroen Hubert, die zijn arsenaal lijkt te hebben uitgebreid met een nog hardere fastball en nog brutere curve. Vooral de laatste diende zich al aan in de wedstrijdvoorbereiding, toen de breaking ball de voet van Fuerteventura-adept Tomba Urbanus danig op de proef stelde.

In het kielzog van de uitstekend presterende Fokker en Hubie, droeg vrijwel de gehele slagploeg zijn steentje bij in de creatie van een vermakelijke wedstrijd voor de neutrale – veelal kakkineuze – toeschouwer: twee honkslagen door het midden van Daan Horn, een weergaloze triple van Remco (na 0-4, eindigend met 2-6), de heerlijke kip-avocadopasta van mevrouw Keetelaar, de kiezelharde linedrives van Jariño, Bouwman met zijn eerste hit en een You Tube-waardige struikel-duik-rol-oh-ik-laat-de-bal-vallen-raap-deze-weer-op-en-gooi-hem-langs-een-stilstaande-Hubie-actie, en de masochistische neigingen van Ed de Kroket, die uit frustratie de bal met blote hand uit de lucht sloeg.

Vreugde en verdriet lagen dicht bij elkaar deze 25e april. Milan ontving het heuglijke nieuws dat zijn monsterbod op een Amsterdamse woning het juiste was. Yuri sloeg de bal liefst 135 meter, om erachter te komen dat het hek toch echt nog ietsje verder stond. Jasper ging voor drie innings, maar zelfs hij kreeg niet voldoende punten tegen om nog iets te doen aan de marge van tien, en de ogenschijnlijk aan Parkinson lijdende veldscheidsrechter moest na een bal op zijn heup nog vrezen voor zijn leven, maar kon de pot vervolgen.

De eindstand luidde uiteindelijk 16-5 voor de heren uit Bussum, maar veel belangrijker nog,  was de inleiding van de geboorte van Jalou Cecile Catharina De Smet op 27 april 2008.

Peter Paul