De laatste wedstrijd

Het is alweer een tijd geleden dat er een stukkie in deze categorie geplaatst is. De hoop dat de virtuoze pennen uit het verleden een bijdrage zouden leveren is nog niet bewaarheid. De heren hebben andere prioriteiten, logisch. En nu zijn er wéér twee Reserve Reserves die de handschoen in de wilgen hangen. Ze gaan ook andere prioriteiten stellen, andere dingen doen. Honkballen is leuk, maar met je kinderen honkballen nog leuker. Ik geloof het direct.

En hoewel ik het denk te begrijpen word ik er niet erg vrolijk van. Waarschijnlijk een gevalletje ‘projectie’. Ik moet er zelf namelijk nog niet aan denken, stoppen is wat mij betreft nog ver weg. Maar soms ontkom je er niet aan en word je er mee geconfronteerd, of je het leuk vindt of niet.

Gisterenavond bijvoorbeeld. Er werd historie geschreven in Atlanta. De Braves speelden op Turner Field de eerste one-game-wild-card-play-off in de historie tegen regerend kampioen de St. Louis Cardinals. De wedstrijd was spannend, maar lelijk. Een paar veldfouten leidde tot vijf onverdiende punten voor de Cards. Een correcte, maar te late, en daardoor ook weer slechte call, viel erg slecht bij het thuis publiek dat vervolgens hun ongenoegen liet blijken door flesjes en bekers het veld op te gooien. 19 minuten lag de wedstrijd stil. Gênant, dat vonden ook de commentatoren, de coaches, en waarschijnlijk ook het grootste gedeelte van het publiek.

Ook Chipper Jones was niet te spreken over het wangedrag, maar tijdens de persconferentie was ik niet echt geïnteresseerd in zijn antwoorden over de merkwaardige infield-fly-call in het buitenveld, of de bal die hij over tweedehonkman Uggla gooide waarna drie onverdiende punten konden scoren. Zijn mening over het rare format van maar een wedstrijd “baseball is about series”, was ook al bekend. De historie die geschreven werd, die ik net bedoelde, heeft hier dan ook niets mee te maken. Dit enkele-wedstrijd-format zal volgend jaar, of het jaar erop, weg zijn, en vervangen zijn door een best-of-three, een “series” dus. Chipper zelf was de namelijk historie. Hij heeft besloten te stoppen. Z’n lichaam schijnt niet meer te willen. Of hij wil teveel van z’n lichaam. De laatste weken werd hij in alle stadions geëerd en onthaald met staande ovaties.

Chipper is dan ook niet zomaar een speler die stopt. Hij is een van de beste switch hitters aller tijden, National League MVP en het .402 on-base-percentage is een clubrecord voor de Atlanta Braves waar hij z’n hele 19-jarige MLB-carrière heeft gespeeld. Clean-up hitter en derdehonkman, op twee seizoenen na waarin hij linksveld speelde.

Een mooie loopbaan die gegarandeerd zal leiden tot de Hall of Fame, en het gevoel van die akelige laatste wedstrijd zal wel slijten. Z’n laatste at-bat was gelukkig nog wel een hit, een infield hit, maar hij had liever gewonnen om zo z’n afscheid nog een paar wedstrijden uit te stellen.

Vorige week was er nog iemand met een laatste MLB at-bat. Zijn naam is Adam Greenberg. Wie? Juist ja, geen Chipper, en niet de bekendste van het stel. Geen indrukwekkende carrière of indrukwekkende statistieken. Maar wel een indrukwekkend verhaal.

Ik pak het even op begin 2005. Adam heeft al drie seizoenen Minors achter de rug en zit er nu dicht tegenaan. Voordat het seizoen begint speelt hij nog drie maanden in Venezuela zoals veel profs dat doen. Op Opening Day speelt hij nog in een Minor League team in West Tennessee, maar begin juli gaat het dan echt gebeuren. Hij wordt opgeroepen en mag zich melden bij het hoogste team in de organisatie, de Chicago Cubs, The Show!

Het is 9 juli 2005, de negende inning, één uit, en een 4-2 voorsprong tegen de Miami Marlins. Adam mag z’n eerste MLB slagbeurt gaan pakken. Op de heuvel Valerio De Los Santos. Mooie naam, aardige fastball, en niet al teveel controle die dag. Dat blijkt uit de eerste bal die hij op Adam gooit. Een fastball, 92mph, hard, net onder zijn helm achter z’n oor. A’dam grijpt naar z’n hoofd, is bang dat hij het bij elkaar moet houden. “Niet doodgaan, niet doodgaan, niet doodgaan” bleef hij voor zichzelf herhalen. Het was goed mis. Revalideren was lastig, zelfs z’n veters strikken wilde niet meer lukken zonder vervelende gevolgen. Duizeligheid, hoofdpijn, het zou wel even duren voordat hij opgeknapt was. Weg seizoen, en weg carrière bleek later.

Een tragisch optreden, één plate appearance, niet eens een at-bat. Hij heeft het nog lang geprobeerd, veel Minor League wedstrijden gespeeld, maar zijn kans was voorbij. Hij werd nooit meer opgeroepen voor de ‘Bigs’. Tot vorige week. Na een groots opgezette social media campagne “one at bat” kreeg Adam alsnog zijn kans op een echte MLB at-bat. De Marlins konden aan het eind van een slecht seizoen wel wat goede publiciteit gebruiken en besloten Adam een contract voor één dag te geven. De wedstrijd tegen de Mets ging nergens meer om, maar Greenberg zou z’n at-bat krijgen, voor hem was het de belangrijkste wedstrijd in 7 jaar.

Dit is echt gebeurd, dus ik kan niet beweren dat hij een homerun sloeg, of een hit, of op het honk kwam, en wie het gezien heeft weet dat hij zelfs geen bal geraakt heeft. Drie ballen van R.A. Dickey en hij kon weer richting dugout. Einde carrière, nu echt, maar nu wel met een echte at-bat.

Greenberg zal de rechten van zijn verhaal goed kunnen verkopen. Wie smult nou niet van dit verhaal? Het boek zal dan misschien nog wel eindigen met een strike-out, maar net als bij The Natural zal in de film gekozen worden voor een spectaculair einde. Het zijn ineens de World Series en hij slaat vanuit een rolstoel een homerun, of zoiets.

Ik zal het bij het boek houden. Of gewoon bij dit filmpje. Soms is het gewoon genoeg geweest. Dat geldt voor Chipper en Adam, maar ook voor Tom en Robbert. Voor alle vier geldt dat als ze ooit van gedachte veranderen er voor hun altijd een plekje bij de Reserve Reserves is. En dat is dan wel weer een fijne gedachte.